• Home
  • Blog
  • Vakkundige kennisontwikkeling binnen de sterrenkunde

Vakkundige kennisontwikkeling binnen de sterrenkunde

De meeste belangwekkende zaken zijn binnen de planeetkunde, sterrenkunde en de kosmologie tegenwoordig wel ontdekt of, en dat kan ook, het is niet mogelijk om het te ontdekken. Daar zijn drie redenen voor aan te wijzigen.

Door drs. Robert de Jong

Het kan zijn dat de technische mogelijkheden er niet zijn om weer nieuwe ontdekkingen te doen binnen deze vakgebieden. De James Webb Telescoop is b.v. een stuk groter dan de Hubble Space Telescoop waarbij het in het verschiet zit dat er weer nieuwe belangwekkende ontdekkingen zullen gaan komen. De spiegel is een aantal keren groter, maar om scherp te kunnen kijken is de spiegel opgedeeld in kleinere spiegels die allemaal zeer precies gericht worden en de computer berekend wel wat de telescoop echt zag. Het budget vloog echter de pan uit.

En dat is de tweede reden dat we nog niet alles ontdekt hebben. Nieuwe techniek is kostbaar en wie gaat dat betalen. Dat is uiteindelijk het gewone volk via de budgetten van de ruimtevaartorganisaties wetende dat ze ook ergens goedkeuring van overheden nodig hebben. Weet dat SpaceX zijn eigen broek ophoudt door ook commercieel en herhaaldelijk satellieten te lanceren voor hun klanten.

De derde reden zou je niet zo snel aan denken. Soms komt iets extreem weinig voor, maar toch... Alles in het heelal is een proces, net als het leven van b.v. de mens op Aarde. We hebben een goed beeld van de ontwikkeling van deze mens van wieg tot graf en dat hebben we ook van de meeste processen in het heelal. Echter elk proces in het heelal duurt extreem veel langer dan het leven hier op aard. Dat zit al snel in de miljoenen tot miljarden jaren. Daardoor zien we niets bewegen en kunnen we niet filmen. Maar we kunnen wel foto’s maken van b.v. de sterren, wetende dat al die sterren zich in een andere fase van hun ontwikkeling bevinden. Leg daarna de foto’s op volgorde van ontwikkeling van de sterren en je kent alle ontwikkelingsfasen van het begin tot het einde van de sterren, zolang er maar een theoretisch model is wat er in een ster gebeurt. Hier zowat voorbeelden van hemelgebeurtenissen die weinig gebeuren, maar toch wel ontdekt werden:

  • De kans dat er een supernova-explosie uitbarst in de buurt van de Aarde is gelukkig heel klein. Als de ster Betelgeuze afgaat (642½ lichtjaar) dan kun je er ’s nachts ene boek bij lezen. De dampkring zal aantoonbaar ingedrukt worden. Zelfs in onze Melkweg gebeurt het gemiddeld maar eens in de 50 jaar. Toch is het gebeurd en wel bekeken met moderne middelen in de Grote Magelhaanse Wolken: SN1987A (in 1987) staat op een afstand van 170.000 lichtjaar. De laatste keer dat dit gebeurde was supernova SN1604 (in 1604). Die werd gezien door Kepler.




  • De zeer snel bewegende planetoïde Oumuamua (2020) was er ook een. Dit was nog nooit gebeurd zover wij weten.



  • In de 60er jaren van de vorige eeuw waren alle sterrenstelsels geclassificeerd. Dat is handig als je inzicht wilt krijgen in de wordingsgeschiedenis van sterrenstelsels. Slechts 2% waren onregelmatig van vorm. Ach wat boeit die 2% nauw dachten de astronomen, behalve Halton Arp dan. Hij onderzocht juist deze. Tegenwoordig weten we dat dit veelal snelle tussenfasen zijn van de wordingsgeschiedenis van sterrenstelsels. Het zijn de zogenaamde botsende sterrenstelsels en dat gebeurt niet altijd in het leven van een sterrenstelsel. Je zou kunnen zeggen: dat dit tot 2022 maar in 2% van de gevallen, gedurende het leven van een sterrenstelsel is gebeurd. We weten dat dit vroeger in het heelal veel vaker voorkwam. Ook dat heeft een reden.
  • Ook de ontdekking van een bijzonder type nieuwe ster (2022) is er een. In deze witte dwerg zit Helium (He), Zuurstof (O) en Koolstof (C). Dat is lastig uit te leggen met de theoretische stermodellen die we kennen. De theoretici hebben al een verklaring. Mogelijk zijn een tweetal dode sterren (lees witte dwergen) versmolten. De een had He en de andere had de C en O. De kans is klein dat dit ooit gebeurt en ook nog eens meetbaar is met onze telescopen, maar daardoor is dit nu juist een nieuwe ontdekking.



    Meer lezen van drs. Robert de Jong:

    Robert de Jong studeerde van 1982 tot en met 1988 Astronomie aan de Universiteit van Utrecht. Nadat hij zijn opleiding heeft voltooid neemt zijn carrière een verrassende wending. Hij kiest voor de ICT gaat werken voor het softwarebedrijf Baan. Binnen dit bedrijf, dat later zou worden overgenomen door de Amerikaanse software gigant Infor begint hij als programmeur en groeit hij door tot Senior Solution Architect. Zijn liefde en passie voor het vak Astronomie heeft hij echter nooit verloren.
    In 1998 start hij samen met een aantal waarneem vrienden Sterrenvereniging Astra Alteria in Putten. Al snel neemt hij de rol van Voorzitter voor zijn rekening en in die hoedanigheid probeert hij het prachtige vak sterrenkunde voor een groter publiek toegankelijk te maken. Robert is een ‘kar trekker’ pur sang. Hij mobiliseert vrijwilligers, organiseert lezingen en waarneemavonden, stelt cursussen en lesmateriaal samen, ontwikkeld een website en ledenportaal bezoekt scholen en weet als geen ander de media te bereiken. De vereniging groeit dan ook flink onder zijn leiding en ontplooit zelfs activiteiten in Ede. In 2010 wordt Sterrenvereniging Astra Alteria, werkzaam in de regio Gelderland: Noordwest-Veluwe en Gelderse Vallei, door het bestuur van de KNWS als nieuwe erkend. Door zijn vele werkzaamheden in het buitenland is Robert de afgelopen jaren meer naar de achtergrond getreden, maar is nog steeds een ambassadeur van de vereniging.



Afdrukken E-mailadres