De telescoop

door Gerben de Jong

Wanneer je met je ‘blote oog’ naar de maan kijkt dan is dat al een prachtig gezicht! Maar wanneer je de maan bekijkt door een telescoop zie je allerlei details zoals inslagkraters.
Hoe werkt dat waarnemen door een telescoop eigenlijk?

Wanneer je door een telescoop naar de maan kijkt zie je allerlei kraters vergroot. Details die je met het blote oog niet kunt onderscheiden. Dus een telescoop vergroot het beeld. Maar tegelijk verkleint het je beeldveld. Dat wil zeggen dat je maar een heel klein stukje van de maan kunt vergroten. Je ziet niet de hele maan door de telescoop.

In de bovenste figuur zie je hoe je een maankrater op de maan ziet zonder telescoop. Het beeldje op je netvlies is maar klein. Dan gaan we naar de onderste figuur. Daar wordt het licht door een zwakke lens, het objectief, samengebracht. Maar het licht gaat verder naar een sterkere lens, het oculair. Het oculair buigt het licht sterk af waarna het je oog binnen gaat. Daar vormt het een groot beeld op je netvlies. De vergroting wordt bepaald door de sterktes van de lenzen. Het oculair moet altijd veel sterker zijn dan het objectief.

 

 

 

Misschien is het je wel eens opgevallen dat alle sterren even groot lijken. Ze zijn niet even helder, maar ze lijken wel even groot. Hoe kan dat? Als sterren dicht bij staan, zou je ze veel groter moeten zien. En hebben sterren dan allemaal dezelfde afmeting? Nee, er zijn sterren die zo groot zijn, dat ze op de plek van onze zon zover zouden komen als de baan van Jupiter. Wij zouden dan midden in zo’n ster zitten. 
Maar hoe zit het dan met de sterren die we vanaf de aarde kunnen zien? De afstand tot de sterren is onvoorstelbaar groot. Alle sterren zijn op hun plek in de ruimte te ver weg om te kunnen zien. We zien alleen het felle licht dat van de sterren af komt. En dat licht geeft een indruk op één van onze lichtgevoelige cellen. Dus als het ware één “pixel” in ons oog. Alle sterren lijken dus één pixel groot. De werkelijke indruk van een ster zou op zo’n afstand nòg veel kleiner moeten zijn in ons oog, maar kleiner dan één pixel kunnen we niet zien.
Als sterren te ver weg staan of zwakker zijn dan zien we ze helemaal niet. En als sterren erg sterk stralen dan zien we een pixel-grote indruk van zo’n ster. Wat we met de telescoop niet kunnen doen is het beeld van sterren vergroten. Ze staan gewoon te ver weg. Maar we kunnen het licht van zwakkere sterren wel concentreren. Dan zien we sterren die we met het blote oog niet kunnen zien.
Je maakt de pupil van je oog als het ware zo groot als het objectief van de telescoop. Dat is nog eens grote ogen opzetten!

Meer lezen van Gerben de Jong?

Gerben de jong is voorzitter van Sterrenvereniging Astra Alteria en heeft als docent natuurkunde op het Marnix College te Ede gewerkt. Op het Marnix College en ook op de school waar hij voor het Marnix werkte heeft hij jaarlijks een clubje brugklasleerlingen begeleid die geïnteresseerd waren in sterrenkunde: de Milky Way Club. Gerben wil ons graag laten zien hoe mooi en vooral wijds de sterrenhemel is.